Bekijk deze nieuwsbrief in de browser
 
logo

Kèk Efkes - jaargang 5 Nummer 31 - 15 oktober 2023

Van de Voorzitter

Vacatures beeldbank Liempde ingevuld.

In de vorige Nieuwsbrief heb ik een oproep geplaatst voor ondersteuning van Els Vissers met het onderhoud van onze Beeldbank Liempde. En met goed resultaat want inmiddels hebben zich twee dames, Betty van der Schoot en Ellen van Giersbergen, aangemeld om samen met haar deze werkzaamheden voor hun rekening te nemen. Betty en Ellen, heel fijn dat jullie bereid zijn dit belangrijke werk samen met Els te verrichten. Ik wens jullie veel werkplezier toe met deze voor julie nieuwe taak.

Enquête 50-jarig jubileum Stichting Kèk Liemt.

Een paar weken geleden heeft onze secretaris Arnold van den Broek jullie allemaal een enquêteformulier toegestuurd. Deze enquête moet de jubileumcommissie inzicht verschaffen in wat onze leden aanspreekt zodat we gericht activiteiten rond de viering van dit jubileum kunnen organiseren. Je kunt hier aangeven welk van de vier opties je wel of niet ambieert. Je kunt kiezen uit:
1. Zeskamp (cultuurhistorisch tintje), op locatie bij Beugelclub De Kleuskes, Gilde St Antonius Abt en Handboogvereniging l'Union.
2. Educatie (lezingen), waarin onderwerpen zoals bestuur, ziekenzorg etc., uit het verleden nader worden toegelicht.
3. Archeologie, onderzoeken d.m.v. opgraven en detecteren van een of meerder lokaties.
4. Brabantse Koffietafel.
De zeskamp, archeologie en eventueel ook de educatie is zowel voor leden als niet leden toegankelijk.
Inmiddels hebben we al 25 reacties binnen. Heel goed, dank hiervoor!

Ook zijn er van diverse leden signalen binnengekomen dat het op hun computer niet lukte om het enquêteformulier te downlaoden en/of in te vullen. Waar dit aan ligt is ons niet duidelijk. Voor degenen die dit is overkomen maar ook voor degenen die dit te lastig vinden stel ik voor gebruik te maken van een van de volgende twee opties:
1. Je stuurt een bericht naar info@kekliemt.nl o.v.m. enquête en geeft aan dat je het enquêteformulier rechtstreeks in je mail wilt ontvangen. Dan kun je het altijd openen en terugsturen.
2. Vind je dit te lastig dan mag je ook in een bericht aan info@kekliemt.nl aangeven aan welke van de hierboven genoemde activiteiten je deel wilt nemen.

Doe dit wel snel want de jubileumcommissie is voornemens met de Algemene (Najaars)Ledenvergadering a.s het programma aan de leden te presenteren. 

Save the Date!

Maandag 6 november staat er een Algemene (Najaars)Ledenvergadering van EVKL gepland. Deze vindt plaats in bezoekerscentrum D'n Liempdsen Herd en begint om 19.30. Zaal open om 19.00 uur. Zet deze datum alvast in je agenda en laat deze gelegenheid om je grieven en ideeën in te brengen niet aan je voorbij gaan. De agenda treft u binnenkort in uw mailbox.

Tot ziens op maandag 6 november.

Harrie Raaimakers. 

 

Actueel

Belangrijke data om rekening mee te houden:

31 oktober Lezing (nieuwe ontwikkelingen over) de Watermolen van Kasteren.

Aanvang 19.30 uur in bezoekerscentrum D'n Liempdsen Herd. Zaal open om 19.00 uur. AANRADER. Ger van den Oetelaar vertelt over de geschiedenis en de werking van de watermolen en het bijbehorende landschap. Johan Verspay spreekt over het archeologisch onderzoek naar de sporen van de Slag om Boxtel in 1794 rondom de plek van de molen en Giel van Giersbergen geeft een uiteenzetting over de gedachten die leven over het herstel van het watermolenlandschap en de watermolen van weleer.

Foto: Bovenaanzicht plek voormalige watermolen van Kasteren (foto Martien Roestenburg.) 

6 november Algemene (Najaar)Ledenvergadering.

Zoals onze voorzitter Harrie Raaimakers al in zijn woordje heeft aangegeven bent u op maandagavond 6 november om 19.30 uur van harte welkom in D'n Liempdsen Herd. Hierbij alvast een greep uit de agenda die u, als lid van onze Erfgoedvereniging, binnenkort persoonlijk in de mailbox ontvangt. Financieel verslag van de penningmeester - begroting 2024 - bestuursverkiezing - verslag kascommissie - vooruitblik op het programma van 2024 waaronder het 50 jarig bestaan van Kèk Liemt.

Kortom ben erbij.

 

Aandachtsplek op Rouwbommel voor natuurbeschermer en landschapsarchitect Roelof Jan Benthem (1911-2003)

Roelof Jan Benthem (zie portretfoto) was in zijn jeugd lid van de NJN (Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie) en had in Delft geodesie gestudeerd. Hij combineerde zijn kwaliteiten als landmeter en zijn interesse in de natuur in een levenslange speurtocht naar een optimale afstemming van natuur, landschap en landbouw. Roelof Jan Benthem werd aangesteld als landschapsadviseur bij Staatsbosbeheer (1940) en later hij gaf leiding aan de afdeling Natuurbescherming en Landschapsverzorging van Staatsbosbeheer. 

De landschapsadviseurs van Staatsbosbeheer waren verantwoordelijk voor de landschapsverzorging in ruilverkavelingsplannen. Roelof Jan Benthem is vooral bekend om zijn inzet voor het Bossche Broek en De Scheeken. In een tijd waarin er vraag was naar effectievere landbouw was de visie van Roelof Jan Benthem: "Niet de schepping van een moderne landschapsvorm dient hier dan ook de opgave te zijn, doch een zorgvuldige aanpassing aan de huidige landschappelijke schoonheid."

Het eerste exemplaar van het in 2016 uitgegeven boek De Liempdse Scheeken tussen gemeijnt en Wederopbouw werd toen aangeboden aan de zonen van Roelof Jan Benthem. Dit vond plaats in manege De Rekkendonken. Natuurwerkgroep Liempde heeft het initiatief om een aandachtsplek in te richten op het perceel Rouwbommel in De Scheeken. De Rouwbommel (10 ha) is door Natuurwerkgroep Liempde als natuurgebied ontwikkeld. 

Ger van den Oetelaar.

 

Archeokout 27

Wat is het leven toch eenvoudig voor een simpele mathemaat. Je verzint iets, bewijst het of construeert een tegenvoorbeeld en daarna is het een onomstotelijk feit, voor iedereen hetzelfde en bruikbaar. Maar archeologie en prehistorie ... Hoe langer ik u verveel met mijn kout, hoe onzekerder ik word over het waarheidsgehalte van mijn schrijfsels. Natuurlijk, het internet weet verschrikkelijk veel of pretendeert dat. Maar archeo loog en boeken liegen ook dat het gedrukt staat. Het is geen beta-wetenschap en we zullen er mee moeten leven, want het is te leuk en te interessant om het dan maar als flauwe kul ter zijde te schuiven.

Deze overpeinzing vloeit voort uit de wirwar aan visies en ideeën die ik tegenkwam bij de voorbereiding van deze kout. Ik overzie het niet meer en twijfel of ik een samenhangend beeld van de ijzertijd kan schetsen, een periode die veelal gezien wordt als de tijd van de Kelten, althans in grote delen van Europa. Wie waren dan die Kelten? En waar en wanneer leefden ze dan wel of niet en hoe ontstonden ze, was het een volk of een cultuur? Nog erger... bestonden ze eigenlijk wel,

Sommige auteurs geven ruiterlijk toe dat ze het ook niet weten en dat ze dus daarom een flauwe uitweg kiezen: Kelten zijn de mensen die een Keltische taal spraken (sic). Moet je nu om komen. Stel je voor dat ieder die Engels spreekt Engelsman is. Bovendien moeten we dan dus wel weten wie welke taal sprak en schrift was er niet of nauwlijks, laat staan geluidsfragmenten.  Sommigen zien het Keltisch als een lingua franca, ontstaan in het Iberisch deel van het Atlantische bronstijd systeem in de midden- en late bronstijd om langs de gehele Europese westkust handel te drijven. Daarna zou deze handige taal zich uitgebreid hebben naar Midden-Europa. Ik zag zelfs een poging het Keltisch toe te schrijven aan de megalietenbouwende voorgangers daarvan en dat de taal via de klokbeker-cultuur Europa introk (conflict met de Yamnaya achtergrond van het Indo-Europees?).  Anderen zien in Midden-Europa vanaf 1100 v. Chr. door een samenkomen van vele volkeren en handelsroutes een nieuwe cultuur groeien met het Keltisch als resulterende taal die uiteindelijk in vrijwel geheel Europa verstaan werd. De overeenkomsten zijn handel, ontstaanstijd en  verspreiding, met als kanttekening dat grote migraties nergens de schuld krijgen. Ancient DNA onderzoek geeft ook aan dat in een deel van  het zuid-westen van Europa weinig migratie heeft plaatsgevonden rond 1000 v.Chr. In het oosten echter ... .

Rond 1100 v. Chr. werd het oostelijk steppegebied tot in Kazakstan geteisterd door droogte en was landbouw geen optie meer. Allerlei volkeren werden weer nomadisch en trokken naar Klein-Azie, de balkan en Midden-Europa. De Cimmeriërs met hun staal-kennis en uitzonderlijk goede paarden en zwaarden werden zuid- en westwaarts gedreven door de Scythen en zouden in de negende eeuw v. Chr. de ijzertijd in Midden-Europa aangezwengeld hebben. Maar bij wie? Ook daar wordt lustig naar gegokt. Waren het Italianen, Grieken van voor de stad-staten, overblijfselen van de Únětice-cultuur (van na de begraving van de schijf van Nebra) of waren het de uit de Lausitz-cultuur stammende grafheuvelaars? al die suggesties worden door deze of gene verdedigd. En dan hebben ze mogelijk allemaal gelijk omdat het een ware smeltkroes was.

De naamgeving van rijpaarden, zoals mare (engels) en merrie schijnt Keltisch te zijn, maar komt in geen enkele andere Indo-Germaanse taal voor. Het zou een Mongoolse oorsprong hebben die via Scythen en Cimmeriërs in het Keltisch belandde. Dat pleit voor een Midden-Europese versie van het Keltisch, zoals ook het staalgebruik en de opleving van de vechtersbazen te zwaard of te paard. De grafheuvelcultuur kent twee varianten die in Nederland boven en onder de sloot heersten. Naar men af en toe zegt, werd bovensloots het Germanenland terwijl benedensloots de Kelten leefden. Zou het zo strikt gescheiden zijn als Europa tot een culturele smeltkroes werd? Dat we vanaf ongeveer 700 v. Chr. en wellicht iets eerder hier ter dorpe met Kelten te maken hadden is wel zeker. Ook weten we dat ze nog zo'n driehonderd jaar vrolijk mee grafheuvelden, of ze nu echt afstammelingen van de grafheuvelaars waren of niet. Daaraan kwam wel plots rond 500 v. Chr. een einde en waarom? Geen idee.

In elk geval is het Keltisch rond 500 v. Chr. de leidende Indo-Europese taal in het grootste deel van Europa. De meningen over de verspreiding, de geschiedenis en de taal van de Kelten vanaf 800 v. Chr. lijken redelijk gelijk op te lopen. Het is de voorgeschiedenis waar men divergeert. Wij divergeren nog een poosje mee in onzekerheid en twijfel en wat dies verontrustends meer zij. Vanaf volgende maand doe ik weer net alsof ik alles weet,   geloof en als waarheid terug kan vinden. Dan gaan we kijken naar de Europese invloeden die hebben geleid tot onze vorsten-, princesse- en vorstinnegraven als ook de begraven strijdwagens (met mensen als bijgiften).

(Op de foto zien we een staande steen (stele) uit de atlantische bronstijd tussen 1000 en 800 v. Chr. uit Ategua, volgens Cunliffe voorlopend op of deel van de Iberisch-Keltische cultuur. Het had een funeraire betekenis.)

Jaap van der Woude

 

Bevrijding van Liempde en WO II

24 oktober 1944 staat in de boeken als de datum waarin zowel Boxtel als Liempde zijn bevrijd. Volgende jaar 80 jaar geleden. In het verleden, vooral in 1994, is dit groots gevierd met onder meer een flink aantal Schotse bevrijders. In 1995 is er door de toenmalige Lokale Omroep Liempde (LOL) met medewerking van Kèk Liemt zelfs een film over gemaakt. Uit wat ons bekend is, zijn nauwelijks meer Schotse overlevenden uit die tijd. Dat betekent dat komend jaar de bevrijding van onze regio en provincie weer volop in de aandacht is, maar dat er wellicht geen bevrijders van destijds bij zullen zijn.

Liempde kent twee Liempdse militaire oorlogsslachtoffers uit WO II, te weten Evert Traa en Arnold van den Broek. Evert Traa sneuvelde op de eerste dag van de oorlog (10 mei 1940) toen de bunker waarin hij zat in de Peel-Raamstelling nabij Maasbracht zwaar werd getroffen. Zijn graf bevindt zich op de R.K. Begraafplaats van de Sint Jans Onthoofdingparochie hier in Liempde. Het grafmonument is opgetrokken van gedeelten van het in 1956, door het toenmalige Ministerie van Oorlog verboden oorlogsmonument. Genoemd monument was in 1946 opgericht door Liempdse oorlogskameraden uit die tijd, maar voldeed volgens het Ministerie niet aan de geldende richtlijnen voor oorlogsmonumenten. Op 4 mei 1956 is het oude monument vervangen door het huidige monument David & Goliath, waarbij jaarlijks op 4 mei een krans en bloemen wordt gelegd. Opdat we nooit vergeten. 

Oorlogsvlieger Arnold van den Broek -vliegenier bij de Marine Luchtvaartdienst (MLD) en ondergebracht bij de Royal Air Force (RAF) kent een zeemansgraf. Zijn toestel, de Hudson Wageningen explodeerde in de lucht in de nacht van 29 op 30 mei 1942 toen zijn toestel werd geraakt boven Terschelling. Van den Broek, geboren in 1911 in Oirschot was onderwijzer in Hapert. Onze secretaris, Arnold van den Broek, die naar zijn oom is vernoemd, heeft inmiddels contacten met de heemkundevereniging uit die plaats om meer te weten te komen uit zijn onderwijzerstijd aldaar. Van den Broek was verloofd en stond op het punt om te trouwen toen hij werd vermist. Eerst enkele jaren na WO II, pas in 1948, werd zijn overlijdensakte opgemaakt. Nadien trouwde zijn vriendin met een politieagent uit Rotterdam, maar bleef zij Liempde trouw bezoeken. 

Arnold van den Broek. 

 

Typisch Liempdse plantennamen

[Uit o.a. Liempd Sprak van Roger van Laere (2002)]

PLANTEN

Populier - Canadas of Peppel

Tuinbonen - Flodderbonnen / Lapbonnen

Bramen - Braombizzemen

Aardbeien - Êrdbizzemen

Pioenroos - Knillisroos

Nachtschade - Êrrepelkwalster

Paardeblem - Êrtgal / Ganzetong / Kankerblom

Haver - Eve / Evi

Herik - Hêrrik

Ui - Juin

Raapstelen - Kelen

Hennep - Kemp

Bosanemoon - Kikvorseblom (zie foto van Bert Vervoort)

Bosbessen - Sint-Jansbizzemen / Moerbizzeme

Kruisbessen - Kroezels

Knotwilg- Kopwilg

Sering - Krûinnagel

Lijsterbes - Kwalster

Lisdodde - Lampepoetsers

Lupine - Lepien

Duizendschoon - Lievermênnekes

Den - Maast

Perzik - Mêrketon

Vogelmuur - Mier

Dennenappel - Maastebölleke / Maastekroten

Melde - Miltstokken

Brandnetel - Nittel

Kweek - Pêinen

Biet - Pee

Meidoorn - Pikkerbos / Steendorre

Haagwinde - Pispôtjes

Kamperfoeie - Poesmêmmen

Vingerhoedskruid - Poppeskoen / Vingerhuui

Cichorie - Sekrêi

Helmkruid - Speenwortel

Snijbonen - Spêkbônne

Wilgenroosje - Springzaod

Afrikaantjes - Stinkende jufvrouwkes

Tarwe - Têrf / Têrw

Muurbloem - Theebloem

Boerenwormkruid - Vaor

Boekweit - Boegend

Moederkoren - Vuur in 't korre / Wolvetaand

Varkensgras - Wegetree

Rode kool - Wöwen

Aanvullingen zijn van harte welkom. 

 

Ger van den Oetelaar. 

 

Toponiemenbanken in Liempde 6: Bychelaer op Vrilkhoven

De middeleeuwse samenleving in de Brabantse dorpen was vertrouwd met het leenstelsel van de hertogen van Brabant. Rond 1300 immers hebben die hertogen in onze contreien aardig wat leengoederen uitgegeven die in de hertogelijke leenregisters staan opgetekend. Buurtdorp Sint Oedenrode is redelijk rijk gezegend geweest met dit soort leengoederen, Liempde daarentegen bezat er slechts één onder de naam ‘tgoet ten Bychelair’, gelegen op Vrilikhoven, een van de oudste hertgangen van het dorp. De hoeve Bichelaer staat in het oudste register van 1312 genoteerd als ‘een hove land te Liemde’ zonder verdere naamsaanduiding, maar in de latere registers treft men de toevoeging ‘ten Bychelair’ aan.

In de oude cijnsregisters van Helmond van 1320 is een van de cijnsplichtigen Henricus de zoon van Gherardus van Biechlaer en in 1384 vermeldt het Bossche protocol de ‘hoeve Bychelaer’. Aangenomen mag worden dat op basis van deze vroeg-14e-eeuwse vermeldingen de hoeve sowieso 13e-eeuws zal zijn zo niet ouder. De familienaam Van den Biggelaar is mogelijk terug te voeren tot dit oude Liempdse leengoed. Laar-namen komen in Brabant overvloedig voor. Over het algemeen interpreteert men ze als verwijzend naar bosachtig moerassig terrein of een omheind gebied in een bosachtige streek, gebruikt als veeweide of voor hakhoutwinning. Duidelijk is dat de laar-namen betrekking hebben op een vochtig en lager gelegen gedeelte van het toenmalige landschap dit in tegenstelling tot de bekende lo-namen die worden verbonden met drogere en hoger gelegen gebieden. Waar het eerste element ‘Byche’ op duidt blijft vooralsnog ondoorzichtig. Uit historisch onderzoek zou gebleken zijn dat leengoed ten Bychelaer als hoeve is verdwenen in de 17e eeuw en dat vanaf die tijd sprake zou zijn van ‘de oude hofstad’.
Illustratie: de bank met de maker Martien Roestenburg.

Ger van den Oetelaar. 

 

Beeldbank vraag

Nieuwe vraag foto evkl012869 een groepsportret. Wie herkent de personen van HCL op de foto? 

Heb je het antwoord op deze vraag geef het dan aub even door via info@kekliemt.nl. Bij voorbaat hartelijk dank.

Els Vissers. 

 

Toponiem verklaard

Dunkske(s)

Dunkske = donk. Kleine verhevenheden in (meestal) drassig, moerassig terrein. De percelen B18, B26, B30, B31 liggen dicht bij de fietsbrug over de Dommel, grenzend ook aan het fietspad dat van Liempde naar Olland is aangelegd (Herscheweg). Al eerder werd vermeld, dat er veel donk-namen in Liempde te vinden zijn, en opmerkelijk genoeg in de wat vochtiger gebieden als Daasdonk, Ooiendonk en nabij de Dommel.

Uit: Liempdse contreien in naam door de eeuwen heen, door Frits Beelen 2002; pag. 243. Het boek is te koop voor € 10,00 in de Erfgoedkamer. Elke woensdagmiddag open van 14:00 tot 16:00 uur of op afspraak via info@kekliemt.nl.  

 

 

Erfgoedvereniging Kèk Liemt


Keefheuvel 20, 5298 AK Liempde
E-mail: info@kekliemt.nl