Bekijk deze nieuwsbrief in de browser
 
logo

Kèk Efkes - jaargang 5 Nummer 25 - 15 april 2023

Van de wnd. voorzitter

Foto: Henk van Beers

Uitreiking "Het Zilveren Draaginsigne" aan Hanneke van der Eerden

Ikzelf ken haar pas kort als bestuurslid van onze Erfgoedvereniging. Evenals nu in Liempde is ze ook in Boxtel nog steeds zeer actief. Menigeen uit het heemkunde wereldje kent haar ook als voormalig medewerkster van het BHIC. Bij Heemkunde Boxtel is ze al 32 jaar actief waarvan 25 jaar, van 1991 tot 2016, als secretaris van het bestuur. Reden genoeg dus voor Heemkunde Boxtel om haar, wegens haar verdiensten voor het erfgoed, voor te dragen bij Stichting Brabants Heem, de overkoepelende organisatie van de Brabantse heemkundekringen. Uit waardering voor haar vele werk op heemkundig gebied is Hanneke daarom op 16 maart jl. onderscheiden met "Het Zilveren Draaginsigne van Brabants Heem."
Ook namens Erfgoedvereniging Kèk Liemt van harte gefeliciteerd met deze welverdiende onderscheiding.

Voor de komende jaren zit Hanneke nog steeds vol plannen. Behoud van cultuurhistorisch erfgoed is van belang voor volgende generaties, en heemkunde verbindt. Zij is er een voorstander van de krachten te bundelen door alle verenigingen en stichtingen in onze gemeente die bezig zijn met heemkunde en cultuurhistorisch erfgoed bestuurlijk samen te brengen onder één overkoepelende erfgoedvereniging. Ook het Museum Boxtel (kortweg MUBO) kan hier dan bij aansluiten. De eigenheid van de diverse verenigingen, stichtingen en gildes uit Boxtel, Esch en Liempde moet hierbij wel geborgd zijn zodat er alle ruimte blijft voor ieders initiatieven en interesses en eigen middelen beschikbaar blijven.

Noot:
Is het een overweging waard om hier in Liemt mee te beginnen?!

 

Actueel

Sinds het eerste nummer van onze Nieuwsbrief Kèk Efkes in 2018 zijn we deze maand al weer toe aan het 25-ste exemplaar. Voor de redactie bestaande uit onze secretaris, ons lid en oud voorzitter Els Vissers en als eindredacteur bestuurslid Hanneke van der Eerden, zijn we blij met enkele vaste gastschrijvers, waardoor we elke 15de van de maand jullie als lezers weer gevarieerde Liempdse wetenswaardigheden kunnen voorschotelen. Mocht je overigens ook wat interessants te melden hebben? Schroom niet en schrijf ons gerust je bericht. En mocht je daarbij hulp nodig hebben? Wij zijn je graag behulpzaam. Immers onze Nieuwsbrief is er voor, maar vooral ook door onze leden. Kortom heb je wat te melden? Laat het ons weten info@kekliemt.nl en lees je jouw verhaal terug in een van de volgende Nieuwsbrieven. 

Excursie op Kasteren. Op zaterdag 22 april a.s. verzorgt ons lid Jan van de Sande een wel heel speciale excursie op Kasteren. Vanaf één centraal punt wordt in een boog van 360graden de geschiedenis van het landschap en haar bewoners verteld. Verzamelpunt: om 14:00 uur bij de kapel van Sint Antonius Abt, hoek Kasterensestraat/De Maai. Kosten 5 Euro ter plaatse te voldoen. Na afloop is er voor de deelnemers koffie en/of thee. 

 

 

Beeldbank vraag

Foto evkl007689. De personen op de foto hebben te maken met De Kajotters (katholieke Arbeiders Jeugd), wie kent de namen? 

Heb je het antwoord op deze vraag geef het dan aub even door via info@kekliemt.nl. Bij voorbaat hartelijk dank.

Els Vissers

 

Wist u dat...

Een nieuwe rubriek die bij toeval ontstaat doordat een maand of wat geleden ons lid Bert Timmermans mij, tijdens een van de bijeenkomsten in D'n Liempdsen Herd, een boek in de handen drukte met de mededeling: "Wellicht interessant voor de boekencollectie van Kèk Liemt."

Het was een enigszins doorlezen exemplaar met de wonderlijke titel: "OM 'T ZWARTE GOUD." Ook nog eens in de oude spelling en vertaald, vrij naar het Fransch, door J. Scheepens en uitgegeven door uitgevers-vennootschap "Futura" - Leiden. 

Nu kennen we binnen het nieuwe biebbeleid van Kèk Liemt de stelregel dat (nieuwe) boeken in ieder geval een link met Liempde en haar omgeving moeten hebben alsook van cultuur- en natuurhistorische waarde zijn voor ons te koesteren erfgoed. 

Daar voldoet dit geschenk zo op het eerste oog in verste verte niet aan. Het is wel is waar een oud boek, waarbij het jaar van uitgifte overigens ontbreekt, maar om te zeggen dat 'om het zwarte goud' een link met Liempde heeft???

Nu zagen jullie natuurlijk al voor het lezen van dit artikel de foto erboven. En ja ontegenzeglijk heeft dit boek dus weldegelijk een link met Liempde, te weten de Bibliotheek Liempde.

Bert wist te vertellen dat de bieb in vroeger tijden gevestigd was in het Patronaat, destijds gelegen aan de Vlassprei -thans Keefheuvel.- Naast een toneelzaal en twee klaslokalen -waar onder meer sinds 1942 de jongens van de V.G.L.O-school les kregen- was in dit gebouw dus een heuse bibliotheek gevestigd. 

Het gebouw was eigendom van de parochie van Sint Jans Onthoofding, destijds onder voorzitterschap van pastoor Piet Kluijtmans en in die tijd zwaaide Het Rijke Roomsche Leven de scepter. Niet zo gek dus dat een insteekblad in het boek de tekst: "10 geboden der Bibliotheek" bevat.

Het boek kent het nummer A 57. Blijkbaar de toenmalige code om het boek uit de collectie te halen wanneer het besteld wordt door de lezer en bij terugkeer weer op de juiste plek te zetten. Om een misverstand uit de weg te helpen, de laatste lezer die het boek uit de bieb 'leende' was niet onze schenker Bert Timmermans. Was dat wel zo, dan zou hij namelijk gezondigd hebben tegen het 10-de gebod. En daar geloof ik niets van.

Arnold van den Broek,                                                                                                                secretaris Erfgoedvereniging Kèk Liemt

 

 

Oudste bidprentjes van Liempde, Jacobus van Eijndhoven (+ 1820)

Kèk Liemt heeft een erg rijke verzameling van bijna 4500 bidprenten. Via vele schenkingen wordt de verzameling elk jaar wat groter. Hierbij de beschrijving een van de ouste prentjes: 

Jacobus van Eindhoven, de eerste burgemeester van Liempde, de voorvader van o.a. de huidige bakkers en de familie Van Aarle in Liempde

Jacobus Francisse van Eindhoven, zn. van Franciscus Antoni van Eindhoven en Joanna Cornelis Cools, ged. te Liempde op 10 nov 1760, Burgemeester van Liempde 1812 - 1820, ovl. (ongeveer 59 jaar oud) te Liempde op 17 jun 1820, otr. (2e maal) te Liempde op 23 jan 1808, tr. (resp. ongeveer 47 en ongeveer 37 jaar oud) te Liempde op 7 feb 1808 met Gerdina Johannesdr. van Haaren / Verharen, dr. van Joannes Verharen en Barbara van de Laar, geb. te Liempde in 1771, ovl. (ongeveer 77 jaar oud) te Liempde op 21 jan 1848. Uit dit 2e huwelijk geen kinderen.

 Uit het 1e huwelijk zijn 11 kinderen geboren:

  1. Nn van Eijndhoven, geb. te Liempde op 28 sep 1785, begr. (één dag oud) te Liempde op 28 sep 1785.
  2. Hendricus Jacobus, geb. te Liempde op 7 nov 1786, ged. te Liempde op 7 nov 1786, ovl. (68 jaar oud) te Sint-Oedenrode op 6 apr 1855, tr. (resp. 24 en 19 jaar oud) te Liempde op 9 mei 1811 met Maria Willem van der Haagen, dr. van Willem van der Haagen en Johanna Steevens, geb. te Sint-Oedenrode op 20 jun 1791, ovl. (62 jaar oud) te Sint-Oedenrode op 6 okt 1853.
  3. Nn, geb. te Liempde op 19 dec 1788, begr. (één dag oud) te Liempde op 19 dec 1788.
  4. Joanna Jacobi, ged. te Liempde op 11 nov 1789.
  5. Franciscus, ged. te Liempde op 8 okt 1791, ovl. (ongeveer 79 jaar oud) te Boxtel op 17 mrt 1871, tr. (resp. ongeveer 26 en 21 jaar oud) te Den Bosch op 1 aug 1818 met Maria Henrica van der Kallen, dr. van Adrianus van der Kallen en Dorothea Kunen, geb. te Den Bosch op 23 apr 1797, ovl. (82 jaar oud) te Uden op 14 mrt 1880.
  6. Antonius Jacobi, ged. te Liempde op 28 dec 1792.
  7. Nn, geb. te Liempde op 31 dec 1792, begr. (één dag oud) te Liempde op 31 dec 1792.
  8. Anna Cornelia, geb. te Liempde in 1793, ovl. (ongeveer 75 jaar oud) te Boxtel op 11 sep 1868, tr. met Hendrikus van Rooij, zn. van Martinus van Rooij en Maria Anna Verhees, geb. te Boxtel in 1787, vleeshouwer, ovl. (ongeveer 70 jaar oud) te Boxtel op 4 mei 1857.
  9. Johanna Cornelia Jacobi, ged. te Liempde op 16 feb 1794, ovl. (ongeveer 74 jaar oud) te Liempde op 21 jan 1869, tr. met Jan Kemps. Uit dit huwelijk geen kinderen.
  10. Gerardus van Eijndhoven, geb. te Liempde op 27 jan 1797, 2e Burgemeester van Liempde (1820-1827) , ovl. (30 jaar oud) te Liempde op 24 feb 1827, tr. (beiden 24 jaar oud) te Liempde op 19 mei 1821 met Anna Maria van Griensven, dr. van Antonij van Griensven en Maria de Bresser, geb. te Boxtel op 8 feb 1797, gemeente ontvanger Liempde, ovl. (89 jaar oud) te Helvoirt op 2 feb 1887. Uit dit huwelijk 4 kinderen. Burgemeester Gerardus van Eindhoven is de grootvader van Adriana Huberta van Erp (1857-1915), die door te huwen met Adrianus van Aarle (1863-1939) de overgrootvader werd van de grote Liempdse familie Van Aarle (o.a. Bertus van Aarle, 1894-1951 en zijn nazaten) Burgemeester Gerardus van Eijndhoven is ook de overgrootvader van de Liempdse bakker Koos van Eindhoven (1917-1986).
  11. Maria Anna, ged. te Liempde op 18 okt 1799, ovl. (ongeveer 72 jaar oud) te Liempde op 31 jan 1872, tr. (resp. ongeveer 24 en 20 jaar oud) te Liempde op 1 mei 1824 met Cornelus van den Boer, zn. van Pieter van den Boer en Helena Moonen, geb. te Hilvarenbeek op 6 aug 1803.

Ger van den Oetelaar

 

Toponiemenbanken in Liempde 3: Lyemderwaut aan de Hamsestraat

In vergelijking met veel dorpen in de Meierij van ’s-Hertogenbosch is de schriftelijke vermelding van de nederzettingsnaam Liempde uit 1309 in ‘seu palos illorum de Lyemde’ van een vrij late datering. Andere oude varianten uit 1311 zijn Limde en Lint. De naamsverklaring is niet zo heel eenvoudig. Het merendeel van de naamkundigen denkt aan een verwijzing van ‘liem of leem’ en legt een relatie met de bodemgesteldheid. De oudste schrijfvorm zien we in 1368 terugkeren in ‘Lyemder gheweilde’ als ook in 1391 in de benaming  ‘Lyemderwaut’, gelegen tussen de drie ‘gemeijnten’ van Sint Oedenrode, Oirschot en Liempde. Er is ooit gesuggereerd dat ‘waut en gheweilde’ eenzelfde betekenis zouden hebben. Die veronderstelling lijkt niet houdbaar. Het eerste is vergelijkbaar met ons woord woud of oerbos. Het tweede gaat meer in de richting van macht en soevereiniteit óf afgesloten wildernis of jachtterrein. Hoe dan ook, in deze regio komen nogal wat oude veldnamen of gehuchtnamen voor waarin het element ‘hout en woud’ ons terugvoeren naar de landschappelijke situatie van ver voor de Vroege Middeleeuwen. Dat is ook de reden dat Liempde en diverse omliggende plaatsen als Best, Boxtel, Schijndel, Sint Oedenrode, Berlicum en Middelrode etc. in het verre verleden bekend stonden als uitgesproken houtdorpen, waar aanvankelijk sprake geweest moet zijn van uitgestrekte en tevens dichte eiken- en haagbeukbossen. De algemene opvatting is dat tussen de 10e en 12e eeuw op grote schaal ontbossing plaatsvindt ten behoeve van o.a. uitbreiding van landbouwgronden wat ten koste is gegaan van die mooie oude oerbossen. De houtteelt en klompenindustrie in Liempde en omgeving blijft eeuwenlang een duidelijke bron van inkomsten, maar tegelijkertijd zijn er aardig wat processen gevoerd over de betaling van de houtschat, een vorm van belasting over al het hout dat gekapt, vervoerd en verkocht werd. 

Ger van den Oetelaar

 

Martinus van Elmpt, Liempdse visser en vishandelaar te Liempde

Martinus van Elmpt, die visser en vishandelaar was, en zijn echtgenote Ida Roetaert in stamden beiden uit Liempde, waar zij vele goederen bezaten. Een deel daarvan schonken zij aan het door hen in Esch in 1492 gestichte Mannengasthuis, dat was bedoeld om een zestal oude mannen te huisvesten en te voeden. Drie dezer mannen moesten stammen uit het geslacht van Elmpt en drie uit het geslacht Roetaert. In Liempde woonden zij aan de huidige Velderseweg. Martinus kocht waarschijnlijk in 1460 het nu nog bestaande gebouw “Oudemannengasthuis”. Martinus van Elmpt had in 1478 een belangrijke functie in het gilde van ‘viscoeperen’ (Viskopersgilde) in ’s-Hertogenbosch. Als illustratie de apostelen van het linkerpaneel van het Viskopersgilde op een muurschildering in de zijkapel van het Viskopersgilde in de Sint-Janskathedraal. In de stad waren vele visrokerijen en men hield zich vooral bezig met de lucratieve haringhandel tussen Holland en Keulen. Ook voorzag men de Meierij van verse zeevis. Martinus zal zich mogelijk ook bezig hebben gehouden met de aalhandel in het naastgelegen Vischhuis. Het ging de familie voor de wind. In 1515 heeft Martinus van Elmpt de hertogcijns voor zijn visserij afgekocht en wordt hij genoemd als inwoner van ’s-Hertogenbosch.

Ger van den Oetelaar

 

Oude Kerkhof krijgt de broodnodige aandacht

Het Oude Kerkhof aan de Pastoor Dobbeleijnstraat/Kerkakkers heeft in 2023 veel positieve aandacht gekregen van Erfgoedvereniging Kèk Liemt. Niet alleen is er weer een prachig groot houten kruis gerealiseerd, maar sinds enkele dagen zijn alle oude, versleten informatieborden verwijderd. Daarvoor in de plaats is één prachtig nieuw bord gekomen. Een erg degelijk bord met nu ook de informatie in kleur. Het bord staat op de plek die destijds (2004) door de gemeente is verworven voor een informatievoorziening en een bankje. Daardoor kan het op het Oude Kerkhof wat rustiger ingericht worden. Immers daar liggen nog steeds onze Liempdse voorouders begraven. Dankzij de financiering door de gemeente Boxtel en veel vrijwiligersuren heeft Kèk Liemt weer aandacht kunnen geven aan de onstaansplek van ons eigen dorp. 


Ger van den Oetelaar

 

Toponiem verklaard

Ham/Hamakker/Hamsestraat:

Ham kan de betekenis hebben van:

1. Perceel gelegen in een hoek of bocht van een rivier (al of niet aangeslibd)

2. Weiland, aan water gelegen, of door sloten omgeven;

3. Broekgrond, beemd, graslans, "mersch";

4. Afleiding van germ. hemmen = omheinen, dus een omheimd stuk land;

5. Persoonsnaam Hamme.

 Uit: Liempdse contreien in naam door de eeuwen heen, door Frits Beelen 2002; pag. 261. Het boek is te koop voor € 10,00 in de Erfgoedkamer. Elke woensdagmiddag open van 14:00 tot 16:00 uur of op afspraak via info@kekliemt.nl.  

Foto evkl004007

 

Geschiedenis van Kèk Liemt (4)

1983

Op 24 maart houdt Ans van den Bosch-Dillen uit Vught in De Koorenschuur een lezing over poffers en andere boerenkleding, met als titel: “Brabant goedgemutst.” De belangstelling voor deze avond is middelmatig.

Op de jaarlijkse Boeremèrt is Kèk Liemt als vanouds weer vertegenwoordigd.

Per 1 april wordt Jan van Bergeijk secretaris en Wim van Erp penningmeester van de Stichting als opvolgers van respectievelijk Terry Dito en Riki de Leest.

In mei staat Kèk Liemt met een kraampje met boeken en ansichtkaarten op de Werktuigendagen op landgoed Velder. Het is geen succes.

Op zaterdag 2 juli wordt door Liempde afscheid genomen van de zusters van Liefde.

Op 2 november wordt met de heer Cornelissen (archivaris) de eerste bijeenkomst gehouden van de archiefgroep met als leden Jan van Bergeijk, Willy van Zuijlen, Jan Hazenberg, Terry Dito en Helen van der Vleuten (geen lid.) Zij leveren o.a. kopy voor het blad Heemschild. Cor Smulders en Willem Putmans zorgen voor de distributie en financiële afwikkeling van de abonnees van Heemschild.

Op zondag 6 november nemen een aantal Liempdenaren deel aan een excursie in de St. Jan in ‘s - Hertogenbosch.

Op 24 november wordt in een volle zaal Van Kaathoven de film vertoond ”Liempde anno 1964: hoe  het reilde en zeilde” van Gerard van Houtum. Hij vertoont ook een heel oude film van een voetbalwedstrijd van het kindercomité tegen D.V.G. uit 1947.

1983 wordt afgesloten met een stemmige Kerstviering voor de leden van Stichting Kèk Liemt in de Herenkamer van het Groot Duifhuis in Kasteren op 17 december.

1984

In dit jaar is de archiefclub van start gegaan. Ze vervaardigt o.a. enkele artikeltjes voor Heemschild. Door een paar leden van Kèk Liemt wordt aandacht besteed aan het doel en het functioneren van het gildewezen in het verleden en in het heden. In 1985 is een voorlichtingsavond gepland met medewerking van de heer Tooriaans uit Loon op Zand. Er wordt voortgegaan met de verzameling van allerlei soorten gegevens van en rond oude boerderijen.

Het tienjarig bestaan van Kèk Liemt is aanleiding geweest om het tweede lustrum met wat extra activiteiten te omgeven.

Zo wordt op 19 november in De Koorenschuur het eerste boek van ”Het Liempdse Rijk van Sint Albertus” door schrijver Roger van Laere, waarin vooral plaats was ingeruimd voor de in 1983 vertrokken Zusters van Liefde, aangeboden aan de oudste Liempdse Liefdezuster: Zuster Van den Langenberg.

Op 2 december om 14:00 uur wordt begonnen met de viering van het H. Lof, waarna een processie naar de tuin van de zusters volgt. Daarna wordt het beeld van Zuster Slot met achter aan haar wijde rokken twee kinderen in de rol zoals men haar in Liempde kent, gemaakt door Nico de Leest uit Lage Zwaluwe, onthuld. Ook is er in het voormalig klooster een tentoonstelling ingericht om te laten zien hoe indringend het liefdewerk van de zusters in Liempde is geweest. Deze tentoonstelling is ook op 8 en 9 december nog te zien.

Voor het standbeeld van Zuster Slot wordt een beroep gedaan op de gemeenschap. Door de Liempdenaren wordt ƒ 2.873,28 voor het beeld gedoneerd. Na bijdragen van andere subsidiënten (Kerkbestuur, Boeremèrtcomité, Gemeente Liempde en Rabobank) blijft er een tekort over van ƒ 2.892,14 voor het beeld van zuster Slot, wat door Kèk Liemt wordt bijgepast.

Mariet van de Wiel-Quinten

Foto evkl010271 Roger van Laere overhandigt het boek aan zuster Van den Langenberg en... Weet iemand de naam van andere zuster?

 

Archeokout 21

Wat is het toch heerlijk te merken dat ik vorige keer de juiste snaar geraakt heb. U bleek het allemaal geheel met mij eens te zijn: Mijn boude bewering aan het eind van de vorige archeokout, dat de bronstijd begint bij de touwbeker- of enkelgrafcultuur, vond louter instemming. Dit is in flagrante tegenstelling tot het boekje "onder heide en akkers" en ons aller wikipedia, die beide blijkbaar geheel onkundig waren en zijn van de ancient-DNA ontwikkelingen, hetgeen voor het boekje uit 2009 nog enigszins verklaarbaar is.

De indeling van de prehistorie in steentijd en metaaltijden (koper-, brons- en ijzertijd) en de onderverdeling naar potjes is wellicht niet zo gelukkig, het reflecteert de beperkte technologie van archeologen uit de vorige eeuw. De basis van onderverdeling is altijd de afwisseling van wendingen. Na iedere wending zijn er weer dingen waaraan men moet wennen. Van het ene materiaal naar het volgende van de ene versiering naar de andere. De namen van culturen buitelen over elkaar heen. Zo is daar ook de wending of liever de revolutie ontketend door het ancient DNA-onderzoek, een nieuw ding om aan te wennen, eindelijk een wetenschappelijke cultuur.

Wij waren met het verhaal van Liempde min of meer in de bronstijd beland, die we dus iets eerder lieten beginnen om het gelijk te trekken met de grote Yamnaya revolutie, een markante wending waarbij plots meer dan 70% van de bevolking een andere achtergrond had, die van de Pontische steppe. Het is te doen gebruikelijk de bronstijd in drie stukken te hakken: de vroege-, midden- en late bronstijd. Daar verwacht je dan dus vier wendingen bij. De eerste, die de bronstijd inluidt en hoogstens twee generaties duurde, hebben we genoegzaam bezien. De laatste zal de overgang naar de ijzertijd moeten markeren. Dat zou dus wel es te maken kunnen hebben met het massale gebruik van ijzer, maar waarom toen en waarom massaal? Ach daar zullen we het later wel over hebben. Nu en volgende keer zal het vooral gaan om de wendingen die tussen de drie bronstijdvarianten hebben plaats gevonden of om de karakteristieken van de drie varianten. Te beginnen met de vroege bronstijd.

De vroege bronstijd loopt voor ons zo ongeveer van 2800 v. Chr. tot 1900 v.Chr.. De leidende bewoning in die periode maakte deel uit van eerst de touwbeker- of enkelgrafcultuur en later de klokbekercultuur. De touwbekercultuur werd aanvankelijk vooral gekarakteriseerd door bekers met versiering van touwafdrukken. Kenmerkender waren de grote grafheuvels, waarin individuen begraven werden, wellicht alleen de bijzondere lieden. De heren lagen gehurkt op de linker zij, de weinig gevonden dames gehurkt op hun rechterzij. De bijgiften van touw- en  standvoetbekers alsmede stenen hamers waren ook typisch en resulteerde in de naamgeving strijdhamervolk. De indruk bestaat dat het hier ging om behoorlijk geweldadige mensen. In Witrijt is een touwbeker grafheuvel gevonden, waarbij de heuvel bestond uit heideplaggen en was omgeven door een greppel. Het Oerbos was dus reeds ontgonnen, maar door wie? Hoewel deze Yamnaya's oorspronkelijk vooral veehoeders waren, namen ze hier toch snel deel aan het sedentaire boeren bestaan en verrijkte het agrarische leven met wiel, trekos en eergetouw.  Van brons was weinig sprake, de spullen waren er niet en de handelscontacten waren nog beperkt.

Rond 2400 v.Chr. ontstond bij ons de klokbekercultuur. De klokbekers  leek te ontspruiten uit de zuidelijke tak van de Yamnaya overrompeling die hier via Spanje verzeild raakte. De touwbeker en klokbekerculturen mengden voortreffelijk en dat werd mogelijk verklaard door de gelijke (Pontische) afstamming van de mensen. Echter DNA onderzoek toonde aan dat de menselijke resten van de klokbekergraven van verschillende origines waren behorend bij de streek van het graf. De gevolgtrekking heden ten dage is dat de klokbekercultuur zich verspreidde via culturele uitwisseling en adaptatie en niet door migratie. In elk geval bleek er veel handel met de atlantische kuststreken te zijn, waardoor hier ook koper en brons beschikbaar kwamen, en zelfs goud. De klokbekercultuur had een flinke vinger in de metallurgische pap.  Van oudsher worden smeden verbonden met diepe geheimen van schier religieuze aard. Sommigen beweren zelfs dat de klokbekercultuur een wereldbeschouwelijke verandering is, een soort bekering (hoe je de klemtoon ook legt). In Noord-Brabant is er echter niet veel aan metaal gevonden, slechts twee koperen bijlen in de Kempen. Naast de verbreiding van metaal waren ze ook zeer gericht op het gebruik van pijl en boog en zijn er zelfs mallen voor gegoten pijlpunten gevonden. Die pijlpunten werden naast de klokbekers ook wel gevonden in de grafheuvels, waar men min of meer dezelfde begravingspraktijk hadn, zij het met wat meer crematies. Grafheuvels van de klokbekercultuur zijn gevonden in Oss, Schaijk, Haps en Cuijk.

Tegen 1900 v.Chr. verandert er veel in aardewerk en werktuigen, maar of je dat een pregnante wending mag noemen weet ik niet. Niettemin duiken we de midden bronstijd in. Dat gebeurde elders al eerder, een luttele 500km ten oosten van hier kwam een groot (midden)-bronstijdrijk tot ontwikkeling vanaf 2200 v.Chr.. Maar dat komt de volgende keer.

Jaap van der Woude

Foto: enkelgrafbeker-Witrijt

 

Erfgoedvereniging Kèk Liemt


Keefheuvel 20, 5298 AK Liempde
E-mail: info@kekliemt.nl