Bekijk deze nieuwsbrief in de browser
 
logo

Kèk Efkes - jaargang 5 nummer 22 - 15 januari 2023

Van de (waarnemend) voorzitter

Efkes Vurstelle. 

De Nieuwsbrief ”Kèk Efkes” begint traditiegetrouw met een woordje van de voorzitter. Waarschijnlijk is het jullie ook opgevallen dat dit bij de laatste Kèk Efkes van december 2022 ontbrak. Zoals jullie bekend heeft dat een reden. Els Vissers heeft immers, nadat ze zich 4 jaar vanaf de oprichting in december 2018, met hart en ziel succesvol heeft ingezet voor onze vereniging, op de Algemene (najaar)Ledenvergadering van november vorig jaar afscheid genomen. De vereniging is op dit moment op zoek naar een opvolger.

De Erfgoedvereniging is een vereniging waar ook achter de schermen veel gebeurt. Mede met het oog op het jubileumjaar 2024 en om de continuïteit van lopende projecten te borgen is mij vanuit het bestuur verzocht de functie van voorzitter tijdelijk op me te nemen. Ik heb daarmee ingestemd in de rol van waarnemend voorzitter. 

Voor degenen die mij niet kennen zal ik me even voorstellen. Mijn naam is Harrie Raaimakers, geboren en getogen in Liempde. Ik ben 67 jaar oud en woon met mijn vrouw Carla aan de Nieuwe Erven in Liempde. We hebben samen drie kinderen: Bas, Rick en Esther. Mijn roots liggen in de oude Liempdse Barrier, een voormalig tolhuis en herberg aan de Oude Rijksweg. Mijn opa Driek Raaimakers was daar de laatste eigenaar van. Voor mijn pensioen heb ik gediend bij de Koninklijke Landmacht als artillerist. 

Naast de Erfgoedvereniging ben ik ook actief in diverse werkgroepen van SPPiLL, secretaris van Stichting Kinderen van der Velden, voorzitter van GAOS en als (ere)lid verbonden met Prinsenvereniging “De Ploegers.”

Drie Koningen is alweer meer als een week geleden maar toch wil ik van de gelegenheid gebruik maken om, namens het bestuur, iedereen een gelukkig en voorspoedig 2023 toe te wensen.

Tot ziens bij onze activiteiten,

Harrie Raaimakers,                                                                                                                waarnemend voorzitter

 

Actueel

In zijn kennismakingswoordje roept onze kersverse waarnemend voorzitter Harrie Raaimakers u op om onze activiteiten te bezoeken. In dit kopje ACTUEEL alvast vier van onze activiteiten. 

Maandag 30 januari vertelt ons lid Ger van den Oetelaar om 19:30 uur in bezoekerscentrum D'n Liempdsen Herd over de historie van en rond kasteel Stapelen

Op 14 februari starten iets meer dan 25 personen met de cursus "De historie van Liempde." Ruim voor de sluitingsdatum (op deze dag dat deze Nieuwsbrief verschijnt) was de cursus overtekend. Een teken dat  Erfgoed leeft. 

Op 27 februari komt Simon van Wetten naar Liempde voor zijn lezing over "Brabant in de Franse Tijd" en een maand later op 27 maart komt u alles te weten over het Belgisch Trekpaard, wanneer Wim van Lankveld u hierover vertelt. 

Al Nieuwsgierig geworden? Kijk dan alvast op onze website www.kekliemt.nl onder het kopje activiteiten/lezingen. Natuurlijk volgen er ook persberichten voor de regionale en lokale pers. 

In 2024 bestaat Kèk Liemt 50 jaar. Mariet van de Wiel-Quinten was er vanaf het eerste uur bij en zal in de komende Nieuwsbrieven u mee nemen in het wel en wee van 50 jaar Kèk Liemt. In deze Nieuwsbrief haar eerste terugblik met als titel: "De geschiedenis van Kèk Liemt.'

Per 1 januari hebben 4 leden, door persoonlijke omstandigheden, hun lidmaatschap opgezegd. Dat betekent dat we nu 67 leden hebben. We willen groeien naar tenminste 100 leden in 2024. Uw hulp kunnen we daarbij best gebruiken. Informeer in uw familie- en of kennissenkring en breng een lid aan. Binnenkort hebben we daarvoor een prachtige wervelende flyer voor beschikbaar.

Ook dit jaar hebben we het lidmaatschap niet verhoogd. Binnenkort kunt u van onze penningmeester de contributie-nota van 2023 verwachten. Na betaling ontvangt u uw lidmaatschapkaart. Handig om die bij te hebben bij activiteiten van Kèk Liemt vanuit SPPiLL. U hebt op vertoon van die kaart dan immers korting op de deelnameprijs. 

Tot slot van deze rubriek komt binnenkort de adhoc-commissie 50 jaar Kèk Liemt bijeen om te brainstormen over een eigentijdse viering van 50 jaar Erfgoed in Liemt in 2024. Hebt u suggesties? Mail ze naar info@kekliemt.nl 

 

 

Hopteelt in Liempde

De hopteelt is behalve in de Schijndelse geschiedenis ook een belangrijke economische activiteit geweest in Liempde en omgeving. In het eerste kwart van de 15e eeuw was er al hophandel in Eindhoven. Hop was een belangrijk ingrediënt voor het produceren van bier. De grondslag, de Liempdse lemige bodem, was perfect voor de hopteelt. De hop was breed verbreid in het leemgebied. Het was een arbeidsintensieve teelt dus ook niet-agrariërs waren bij de hopteelt betrokken (bijvoorbeeld het plukken van de hop). De grote hopstaken en de hopesten domineerden waarschijnlijk het landschap, Zo waren er in de 16e eeuw maar liefst 1000 hopkuilen aanwezig bij Het Groot Duijfhuis (Kasteren) 1000 hopkuilen is een erg grote hoeveelheid. Dit zal te maken hebben met de goede kwaliteit van de Kasterense grond hiervoor. Hopteelt vormde een goede combinatie met andere verbouwde gewassen en zorgde voor risicospreiding. Uit recent onderzoek blijkt dat het hoogtepunt van de hopteelt pas in het midden van de achttiende eeuw werd bereikt en tot de negentiende eeuw duurde. Hopteelt gebeurt in zogenaamde hopkuilen. De term is enigszins misleidend want net als bij de huidige voederkuilen gaat het om een ophoping. Een hopkuil is een soort heuveltje met drie tot vier houten staken waaraan de stekken worden vastgebonden. Het zijn vaak vierkante aardhopen in de vorm van een afgetopte piramide (zie afbeelding). Sinds de 19e eeuw is deze vorm van aanplanten in Brabant verdwenen.  Later werden de hopkuilen meer echte (soms langwerpige) kuilen.  

Ger van den Oetelaar

 

De geschiedenis van Kèk Liemt (1)

In 2014 heb ik, aan de hand van archiefstukken, zoals notulen, jaarverslagen, krantenknipsels en publicaties een overzicht gemaakt van de geschiedenis van Kèk Liemt.

In het kader van het 50 jarig bestaan in 2024 zal ik hiervoor, in verkorte vorm, stukjes schrijven voor de nieuwsbrief Kèk Efkes.

Zo begon het...

“Tentoonstelling “Kèk Liemt” In het kader van het eeuwfeest, van zowel Mieke van der Velden, als Fanfare Concordia, zal er gedurende enkele weken in de maand mei een tentoonstelling gehouden worden in Liempde, welke geheel gewijd zal zijn aan het leven van vroeger. Er zullen een groot aantal foto’s te zien zijn, die vele Liempdenaren aan vroegere tijden doen herinneren. Voor de hoek “school” wordt momenteel gezocht naar klassenfoto’s. En wel van voor 1960 tot zover we terug kunnen komen. Mocht U zo’n exemplaar in huis hebben, dan wil de organisatie “Kèk Liemt” deze graag van U lenen om anderen daar ook eens van te laten genieten. Wilt U dan zo vriendelijk zijn deze foto, voorzien van Uw naam en adres en het jaartal waarin de foto genomen is, brengen bij Gerard Schalkx, Oude Dijk 54, Liempde”.

Dit is een krantenbericht in het Brabants Dagblad in het voorjaar van 1974. Op 13 mei 1974 stond er een lovend artikel in de krant over de expositie als “voorgerecht” voor het grote eeuwfeest van de plaatselijke fanfare. De tentoonstelling was ingericht in de oude klaslokalen van de kleuterschool aan de Dorpsstraat en bestond, naast voorwerpen als stenen vuistbijlen, documenten en oorkonden over Liempde, stukken afkomstig van het archief van Stapelen, uit uitvergrote foto’s, die heerlijke zoekplaatjes bleken voor de autochtone inwoners.

In het Brabants Centrum van 24 juni 2004 stond een artikel over de honderdste verjaardag van Mieke van der Velden op 3 april 1974:

Op woensdag 3 april 1974 stond de hele dorpsgemeenschap van Liempde stil bij de honderdste verjaardag van Mieke van der Velden-van den Biggelaar. Precies een eeuw nadat Knillis van Mensvoort in 1874 zijn honderdste verjaardag had gevierd, kon in Liempde weer een honderdjarige worden begroet.

Na haar huwelijk in 1901 woonde Mieke enkele jaren in Son voordat ze zich in 1908 definitief in Liempde vestigde. ,,Hier heb je drie populierengeneraties overleefd”, sprak burgemeester Piet Smits op haar verjaardagsfeest. Het was een knipoog naar de klompenmakersachtergrond van de familie Van der Velden. Op 3 april 1974 werd de familie met drie huifkarren naar de kerk gebracht voor de heilige mis. In het raadhuis volgde daarna de officiële ontvangst door het gemeentebestuur. Ter gelegenheid van de nationale boomplantdag plantte Mieke daarna twee lindebomen voor het raadhuis. Ook mocht ze een gedenksteen in de stoep leggen.

Na een receptie bracht fanfare Concordia een serenade aan de honderdjarige. Concordia bestond toen ook honderd jaar; het muziekkorps was in 1874 opgericht om de honderdste verjaardag van Knillis van Mensvoort op te luisteren.

Het dagelijks bestuur wordt gevormd door: de heren R.A.M. van Laere, Joh. Schoenmakers (┼ 29-9-2017) , mevrouw Th. Dito-Sanders (┼ 26-3-2006) en mevrouw H. de Leest-van Kuringen. Verder maken van de stichting deel uit: de heren G. Hessels, Th. Prinsen (┼ 3-8-1984), A. van Aarle (┼ 26-3-1982), J. Welvaarts, A. Schalkx (┼ 19-6-1975), mejuffrouw M. Quinten en de heer M. v.d. Pasch. Een samenstelling die duidelijk maakt, dat gestreefd is naar vertegenwoordiging van zoveel mogelijk gemeenschapgeledingen en leeftijdsgroepen.

In de bestuursvergadering van 7 februari 1975 wordt meegedeeld, dat architect Drijvers de mogelijkheid van een eventuele restauratie van de Duiventoren zal onderzoeken. In de vergadering van 26 februari 1975 is sprake van de Jeugdgroep, waarvoor Martien van der Pasch een aantal mensen heeft gevonden, te weten: Ger van de Oetelaar, Marcel Smulders, Theo van Hal, Francien van de Wiel en Wil van de Laar. Wilma van Abeelen heeft zich via Van Laere gemeld. Er worden werkgroepjes gevormd voor het verzamelen van oude verhalen en een foto-adviesclub, die aan Gerard Schalkx kan adviseren om foto’s te maken van personen en dingen die van belang kunnen zijn. Ook wordt er een geboortekaartje gepresenteerd met de duiventoren als voorkant. Dit wordt het logo van Kèk Liemt. Pater Wiro Heesters is begonnen met een studie van de geschiedenis van Liempde, wat zal resulteren in het boek “Liempde waar de tijd heeft stilgestaan” (1987).

Uit het jaarverslag 1975:

“Er zijn in 1975 verschillende voorzetten gedaan om te komen tot het samenstellen van een boekje Kèk Liemt. Oorspronkelijk zou het een fotoverslag worden van de tentoonstelling van 1974. Omdat de tijd daarvoor reeds te lang verstreken is en zeker ook omdat er zulke mooie verhalen – zo links en rechts – te voorschijn zijn gekomen, is de voorzitter thans gestart met het noteren van deze verhalen  Een gedeelte van de foto’s van de tentoonstelling zal bij de samenstelling van het boekje straks zeker worden gebruikt. De Stichting hoopt hiermee in 1976 gereed te komen.”

Een van de eerste activiteiten van Stichting Kèk Liemt was een foto-zoek-wandeltocht op 11 mei 1975, waaraan 150 personen meededen. Op 5 oktober werd de tocht herhaald, toen waren er “slechts” 50 deelnemers.

Op 19 juni 1975 overleed op 60-jarige leeftijd Toon Schalkx. Hij heeft veel gedaan voor o.a. het jeugdwerk in Liempde en maakte ook deel uit van de Stichting Kèk Liemt. Op 20 november wordt hij opgevolgd door Willy van Zuijlen.

Op 12 november 1975 was er in De Koorenschuur een lezing door architect Drijvers uit Oisterwijk met als onderwerp: “Het behoud van de Brabantse boerderij in het Brabants landschap.” Een zinsnede uit de notulen van 23 november 1975 luidt: ”Geconcludeerd wordt dat architect Drijvers de gemoederen in Liempde aardig bewogen heeft.”

Mariet van de Wiel-Quinten

OP DE FOTO: 3 April 1974: Mieke van der Velden bekijkt de herinneringstegel die voor het raadhuis in Liempde is neergelegd. Links burgemeester Piet Smits.

 

Wat mijn opa vertelde over Liempde (deel 1)

Mijn opa Jan (Johannes) van Bakel werd op 26 maart 1895 geboren te Liempde. De eerste foto waarop hij voorkomt is een schoolfoto uit 1906. Zijn geboortehuis stond op Vrilkhoven, ten westen van het spoor: de spoorlijn van Eindhoven naar Den Bosch. Nu is het adres Spoorpad 2. Hij ging naar de jongensschool nabij het gemeentehuis in Liempde. Hij mocht de vierde klas overslaan. Er waren twee onderwijzers: de bovenmeester en de ondermeester. Als bijverdienste gingen die op woensdagmiddag otters vangen in de Dommel.

Op Onnozele Kinderen (28 december) haalden de jongens ongestraft van alles uit. Zo smeerden ze eens hondenpoep aan de deurklink van de school, vóórdat de bovenmeester arriveerde om nietsvermoedend de te openen. Met alle gevolgen van dien. Voor Nieuwjaarsdag schreven de kinderen een Nieuwjaarsbrief voor hun ouders. Opa heeft zijn brief (01-01-1906) zijn hele leven bewaard. Soms werd hij met het koetsje van het Velders Huis van school gehaald om te helpen als drijver bij de jacht in het Velders Bos. “Of Johannes mee mag”? Dan wist de meester genoeg. De heer Van Boeckel raakte nog geen konijntje. Hij schoot de bomen vol lood… Opa’s vader Hannes werkte soms voor de familie Van Boeckel-Van Rumpt.

Godsdienstlessen op school werden waarschijnlijk voornamelijk gevuld met het leren van de catechismus. Hij haalde de vierde prijs voor het opzeggen van de catechismus. Van Pastoor Latijnhouwers kreeg hij een kerkboek met daarin geschreven:

4e prijs in de Christelijke leering behaald door Johannes van Bakel. Liempde 1 april 1906, J. Latijnhouwers past.

Op zekere dag mochten alle jongens de school uit, want er kwam een automobiel door de straat. De eerste die ze ooit gezien hadden. Het aardige was dat die stopte en dat de kinderen het ding mochten bekijken. Opa vertelde dat enkele jongens eronder kropen, om te zien waar het paard zat, oftewel waar de kracht zat die de auto voortbewoog. In 1969 vertelde hij dit nog eens, omdat hij toen net de maanlanding op de televisie gezien had. Hij vond het heel bijzonder dat hij de eerste auto en de maanlanding had meegemaakt. Van die maanlanding had de bovenmeester trouwens verteld dat de jongens die tijdens hun leven nog wel zouden meemaken! De bovenmeester heeft dus gelijk gekregen.

Het nadeel van een klas overslaan was wel, dat hij al jong moest gaan werken. Koeien hoeden. Hij ging, naar ik meen, zelfs in de kost bij de werkgever: Van de Velde(n). Dat “koeien hoeien” gebeurde langs de gemene straat. In de zomer op blote voeten. Op een keer was hij op een warme dag in slaap gevallen en toen hij wakker werd waren de koeien verdwenen. Hij volgde het spoor, de koeienvlaaien, tot hij ze terugvond … in Boxtel, op de markt.

Bij het gemeentehuis stond ook de Brandspuit. De boer die bij brand het eerst met zijn paard aanwezig was en zijn paard voor de brandspuit spande, kreeg 1 gulden.

Wordt vervolgd

Schrijver wil anoniem blijven, naam is bekend bij Kék Liemt.

Foto evkl011721 Tweede rij van onderen, derde van rechts is Jan van Bakel.

 

Archeokout 18

Het kan geen kwaad af en toe te reflecteren, dan bedoel ik niet spiegelen, licht terugkaatsen of reageren op een advertentie, maar reflectie in de zin van diep nadenken. Het begin van een jaar is een gebruikelijk moment daarvoor. Wat deden we, wat gaan we doen, wat moet anders en waarom eigenlijk. Het is daarom niet verbazend dat juist nu de knuppel in het geschiedenis-hoenderhok is gegooid: Maarten beweerde "geschiedenis moet weer een verplicht schoolvak worden."

Wat nut ons zo'n schoolvak? Waarom is dat zo interessant dat je het verplichten wilt. Dat het leuk of interessant is, gaat als argument niet helpen, want voor wie is het dan leuk en interessant en blijft dat zo als het moet? Iets verplichten is immers de beste manier om het antipathiek te maken, willen we dat? Heemkunde is een tak van geschiedenis en het zijn vooral regionaal gefixeerde ouderen die daarin geinteresseerd zijn, weinig jongeren lopen er warm voor. Moeten we die bejaarden-hobby dan opdringen aan jongeren? Gaan ze daardoor meer verdienen, beter loodgieten of een gelukkiger gezin stichten?

Als ik terugkijk op mijn eigen verplichte geschiedenis onderwijs op lagere en middelbare school, dan word ik ook niet erg enthousiast. Het kwam op mij voornamelijk over als een (protestants christelijk) religieuze hersenspoeling. De onderwerpen waren meestal gericht op kerk, heersers en oorlog. Het leven van de gewone mens kwam nauwlijks aan de orde en het aankweken van begrip voor de gebeurtenissen bleef beperkt tot het verschil tussen aanleiding en oorzaak. (Bijvoorbeeld, de aanleiding voor de roep om verplichting van het vak geschiedenis is de treurigstemmende onwetendheidheid van deelnemers aan de slimste mens. De oorzaak is een diepgeworteld cultureel meningsverschil over de betekenis van geschiedenis, of kennis in het algemeen, tussen de ontwikkelde elite en de opportunistische consument.)

Waarom is kennis van geschiedenis dan zo belangrijk? Kunnen we er misschien iets van leren? Men zegt wel eens dat geschiedenis zich herhaalt. Quatsch. Als de geschiedenis zich herhaalt toont dat juist aan dat we er niets van geleerd hebben. Maar ze verandert juist aldoor, we leren er wel van, maar of dat helpt is de vraag. Johan Huizinga drukt de zucht naar geschiedeniskennis uit als:

"Men wil weten, hoe de nieuwe gedachten en levensvormen, die in later tijden in hun volheid stralen, ontloken zijn; men beziet elke tijd bovenal om de beloften,die hij bergt voor de volgende."

Een typisch geval van succesdenken. Immers, ook gedachten en levensvormen, die niet in volheid stralen, die marginaal waren of vergingen, zijn belangwekkend. De vraag waarom we samenleven zoals we doen, hangt ten nauwste samen met begrip van de alternatieven die het niet geworden zijn, die verdwenen, die geen belofte borgen voor het vervolg.

Geschiedenis beschrijft de evolutie van de menselijke samenleving, of althans de interpretatie daarvan. De basis is feitenmateriaal en dat is helaas niet altijd voorhanden. Bovendien zijn er onverlaten die alternatieve feiten verzinnen of aanhangen. In een gemeenschap waarin weinig kennis is van die feiten en weinig inzicht in de historische mechanismen is het gevaar van de waandenkbeelden en complottheorieën niet denkbeeldig.

Voor een gezonde samenleving is kennis van feiten en discussie over de duiding van hun samenhang noodzakelijk. Misleiding zoals door kerk, politieke beweging en ander gespuis gepleegd wordt, kan maar beter als zodanig herkend worden. Daarvoor is basiskennis van geschiedenis een voorwaarde. Eigenlijk kan er niet genoeg referentie aan geschiedenis zijn, hoe kun je anders de woke-beweging begrijpen, of de situatie in het Midden-Oosten, de toenemende verrechtsing, het verdriet van de native americans, de beeldende kunst en de uitputting van onze planeet? Alles wat er om ons heen gebeurt heeft een voorgeschiedenis, een omgeving die begrepen dient te worden en implicaties voor onze eigen existentie. Daarom moeten we ons richten op toename van (kennis van) feiten en mogen we erg dankbaar zijn voor nieuwe technieken die een beter inzicht  verschaffen, zoals isotopen onderzoek en ancient-DNA.

Natuurlijk gaat dit alles ons aan, of mij. De archeokout is een kleine poging om iets van de wereld te begrijpen via het venster van de archeologie. De mens als migrerend wezen, de agrarische revolutie en de rol van bezit versus vrij omgevingsgebruik van de jager-verzamelaars. Of de ontwikkeling van de Indo-Europese talen als gevolg van de expansie van de Yamnayas. We hebben menig belangwekkend onderwerp de revue laten passeren, opdat het ons helpe in de duiding en relativering van ons kommervolle bestaan. Laten we  vooral positief staan tegenover de verspreiding van geschiedkundige kennis en als een schoolvak daarbij helpt... doen. Maar dan moet het gericht zijn op objectiviteit, samenhang, herkenbaarheid en vooral plezier.

Jaap van der Woude

 

Toponiem verklaard

Sort-Sorten

In de Belgische Kempen komt diverse malen het toponiem "zaar"of "zart" voor, waarbij men als betekenis hanteert, plaats waar zeggen groeien. Deze plant komt voor op natte, moerassige plaatsen, op zure grond, is ook typerend voor dat soort gronden. Saer, sart, zaar, denkt men ook afgeleid van het lat. Sartum of Sartus: ontgonnen bos. Beide betekenissen kunnen opgaan voor het in Liempde aldus genoemde gebied. In de naamgeving constateren we wel een verschuiving van sa naar so of zo: oudere namen sa(a)rt, jongere namen sort of zort. Een bijna soortgelijk verschijnsel constateren we bij het toponiem "seept", waar in de tijd een verschuiving plaats vindt naar "zeep". Elders treft men een verklaring die het toponiem koppelt aan saer of zaer. duidend op soerkele of surkele: de plant zuring.

Uit: Liempdse contreien in naam door de eeuwen heen, door Frits Beelen 2002; pag. 222. Het boek is te koop voor € 10,00 in de Erfgoedkamer. Elke woensdagmiddag open van 14:00 tot 16:00 uur of op afspraak via info@kekliemt.nl. 

 

Leengoed en boskamp Bichelaer / Bichelaar / Bychelaer

De middeleeuwse samenleving in de Brabantse dorpen was vertrouwd met het leenstelsel van de hertogen van Brabant. Rond 1300 immers hebben die hertogen in onze contreien aardig wat leengoederen uitgegeven die in de hertogelijke leenregisters staan opgetekend. Liempde bezat o.a. een leengoed onder de naam ‘tgoet ten Bychelair’, gelegen op Vrilikhoven. De hoeve Bichelaer staat in het oudste register van 1312 genoteerd als ‘een hove land te Liemde’ zonder verdere naamsaanduiding, maar in de latere registers treft men de toevoeging ‘ten Bychelair’ aan. In 1384 vermeldt het Bossche protocol de ‘hoeve Bychelaer’. Aangenomen mag worden dat op basis van deze vroeg-14e-eeuwse vermeldingen de hoeve sowieso 13e-eeuws zal zijn zo niet ouder. In 1391 lezen we in de archieven dat er een (laaggelegen) omheinde boskamp is dat bij het goed Bychelair hoort. De omheining van het bosperceel in 1391 is naar alle waarschijnlijkheid geen aarden wal. De eigenaar van het bosperceel in 1391 is Goossen Moedel van de Donk, zoon van Bertout Dircssoen van Megen en Katelijn van Scheepstal. Goossen Moedel van de Donk was schepen van Den Bosch in 1398 en 1399 en was eigenaar van een adellijke woning in Beek en Donk. Zijn broer Dirk was priester, kanunnik in Oirschot en pastoor van Aarle bij Rixtel. De familienaam Van den Biggelaar is mogelijk terug te voeren tot dit oude Liempdse leengoed. Laar-namen komen in Brabant overvloedig voor. Over het algemeen interpreteert men ze als verwijzend naar bosachtig moerassig terrein of een omheind gebied in een bosachtige streek, gebruikt als veeweide of voor hakhoutwinning. Duidelijk is dat de laar-namen betrekking hebben op een vochtig en lager gelegen gedeelte van het toenmalige landschap dit in tegenstelling tot de bekende lo-namen die worden verbonden met drogere en hoger gelegen gebieden. Waar het eerste element ‘Byche’ op duidt blijft vooralsnog ondoorzichtig.  Uit historisch onderzoek zou gebleken zijn dat leengoed ten Bychelaer als hoeve is verdwenen in de 17e eeuw en dat vanaf die tijd sprake zou zijn van ‘de oude hofstad’.

Illustratie: de huidige topografische situatie met blauw gemarkeerd het middeleeuwse goed Bichelaar. In blauw Het Goed Bichelaar.

Ger van den Oetelaar

Voetnoot redactie: Dit 'Goed' is opgenomen op een van de toponiemenbankjes die onlangs, op initiatief van Kèk Liemt, zijn gerestaureerd door de klusploeg van SPPiLL. 

 

Herstelronde voor de Liempdse toponiemenbanken

Door verschillende organisaties zoals Stichting Brabantse Bronnen en de gemeente Boxtel zijn in het verleden cultuurhistorische elementen aan het landschap toegevoegd om de identiteit van Liempde te benadrukken en ook uit te leggen. Deze elementen zijn geschonken aan de gemeente maar worden helaas niet onderhouden. Er is hard onderhoud nodig, zo zijn enkele banken beschadigd (Luth, Lyemderwaut, zie foto) en ook scheef gezakt. Deze banken moeten opnieuw worden opgeschuurd, daar waar nodig hersteld en teruggestort in de beton. Als Erfgoedvereniging hebben we deze klus in het laatste kwartaal van 2022 opgepakt vanuit de werkgroep in oprichting: 'kleine cultuurhistorische elementen' en voor het herstel contact gezocht het de klusploeg van SPPiLL. Hetzelfde hebben we ook gedaan voor het archeologisch monument 'Kerkakkers', beter bekend als de Oude Kerkhof. 

Daar was het prachtige kruismonument (in 2003 gemaakt van een valse Christusdoorn) door houtrot afgebroken en verdwenen. Als Erfgoedvereniging Kèk Liemt hebben we, evenals voor de toponiemenbanken, bij het Wijkorgaan Liempde een subsidie-aanvraag gedaan en deze is gehonoreerd.  Vervolgens zijn de SPPiLL-vrijwilligers aan de klus begonnen en zij hebben inmiddels de Bankenklus geklaard. Voor het terugbrengen van het kruismonument heeft Erfgoedvereniging Kèk Liemt een omgevingsvergunning aangevraagd vanwege de monumentenstatus van het archeologisch monument Kerkakkers. Tevens wordt deze, voor Liempde bijzondere plek, weer in de oude glorie hersteld zoals destijds door landschapsarchitect Ada Wille bedacht. Het herstel van deze plek wordt, naar verwachting, dit voorjaar afgerond. 

Als Erfgoedvereniging stellen we ook een onderhoudsplan op en kloppen daarmee aan bij de gemeente, zodat ook in de toekomst beide cultuurhistorische elementen onderhouden blijven. 

Harrie Raaimakers &
Ger van den Oetelaar

 

Uit de school geklapt

Te veel op één dag.

In het begin van de jaren '70 werden de leerkrachten van de R.K. Jongensschool op Nieuwjaarsdag verwacht bij het Hoofd der School. Toen in 1972 de jongens- en meisjesschool bij elkaar kwamen vond hij het aantal leerkachten te groot en stopte ermee.

Hoe ging zo'n Nieuwjaarsbijeenkomst in z'n werk. Wij werden om 09.00 uur in de 'goei kamer' ontvangen dor het echtpaar en voorzien van koffie met een groot stuk taart. Na een tweede bakje koffie kwam er een drankje op tafel, meeste een, twee en.. nog een pilsje.

Tegen 11.00 uur trokken we gezamenlijk naar het gemeentehuis van Liempde. Daar hielden burgemeester en wethouders een Nieuwjaarsreceptie. Na wat plichtplegingen, wij kenden vrijwel niemand, kwam er een borreltje tevoorschijn, dikwijls gevolgd door nog een en nog een.

Zo rond 13.00 uur trok het hoofd van de school met zijn gezeschap naar de pastorie. De pastoor was immers voorzitter van het school-/kerkbestuur en was op 1 januari jarig. Daar was eerst het bakje koffie van Toos van de pastoor, gevolgd door een pilsje en nog een pilsje. Dikwijls was er ook nog een blokje wordt en wat kaasblokjes.

Ieder, behalve het hoofd der school, keek op de klok, want er was nog meer te doen op Nieuwjaarsdag. Zo rond 14.30 uur gingen de jongere leerkrachten naar huis. Voor mij was dat nog een half uur met de fiets voordat ik thuis was. Eenmaal thuis waren mijn ouders heel belangstellend.

Thuisgekomen was het hoogtijd om naar het, in mijn geval, vriendinnetje te vertrekken, wat ze thuis niet leuk vonden. Je kon zo weinig praten. Bij mijn vriendin aangekomen zag je aan het gezicht dat het veel te laat was. Toen ze ook nog rook dat ik alcohol op had, werd de stemming er niet beter op. Te doen gebruikelijk gingen we op Nieuwjaarsdag ook nog uit. Bij mij was de fut er allang uit; mijn vriendin had nog niets gedronken.

Je kunt zoiets naar 2 kanten uitleggen: op school werd verwacht dat je de 3 plichtplegingen deed, thuis, en zeker bij de schoonfamilie, werd daar anders over gedacht. Later, toen de beide scholen bij elkaar waren, werd verwacht dat je naar het gemeentehuis en de pastorie ging.; zeer tot ontevredenheid van het thuisfront. Toen de burgemeester een andere dag zocht voor de receptie en de pastoor met emeritaat ging (1985), kwam alles in rustiger vaarwater.

Het had toch wel iets gezelligs, bekendheid en het smeedde verbondenheid.

Wim van Erp,                                                                                                                                      een van de jonkies!

Foto evklo11518 Meester Jan van Bergeijk, hij was 24 jaar hoofd van de R.K. Lagere School in Liempde.

 

 

Meer toponiemen in Liempde. Deel 10.

Hieronder een tiende deel van de lijst van Wim Veekens betreffende extra Liempdse toponiemen (aanvulling op het boek van Frits Beelen):

STEEGSTRAAT Half Hooi in de Steegvelden onder Vrelikhoven, aan de Steegstraat, 1831, E, NA 8014 v.d.Bosch Udenhout;  hout op stam onder Liempde t.pl. gen. de Steegstraat, kleine veering, het Bogtje en het Klaaske, 1884, NA 665 nr.16;

STEEGTVELD (Vrielichoven) stuck hoylants gen. het Steegd velt, 1671, E, R103 f12v;­ Santegoeds, 1981, 109.

STEEGTVELDEN Stuck hooylants [in Liemde] t.pl.geh. inde Steghvelden, 1663, E, R100 f50;­ Santegoeds, 1981, 250. de Steeg velde, 1729, E, F3 f22; hooij en hout inde Steegtvelden, 1729, E, F3 f48; Cleijnder Liempt: hooij in de Steegse Velden, 1735, E, R142 f328v; halff hooij in de Steegtvelden, 1790, E, F8 f43;­perceel houtbos bekend met de naam van Half Hooi in de Steegvelden onder den hertgang Vrelikhoven, aan de Steegstraat, [tot] de Rioolloop, 1831, E, NA 8014 v.d.Bosch Udenhout;

STEENOVEN Ex agro terre, sito in parochia de bucstel in loco dicto inden steenoven, tendente a communi platea ad hereditatem dictam dat hulselaer, 1531, BP R1324 f81; [Liempe], (land) den Steenoven, 1659, BP R1590 f93;

STEENOVEN In Veldere by den steenoven, 1653, D, E255a f10;­ Hier haalde men karren "steens" voor "de pastorije".

STEENOVEN Twee percelen bouw en weiland gen. den Steenoven t.pl. Looeind, 1890, D 548 t/m 550, 88a66ca, NA doosnr. 486

STEL Perceel teelland gen. de Stel, 1816, 25l, NA 543 nr.74;

STER, NIEUWE  In het vak aan de Nieuwe Ster naast de Wolfskuijl, 1788, R214 f137v;­

STERKSHURK Den ossencamp gelegen binnen deser heerlyckheyt Lyempde, tusschen erffve Henrick Corstiaen Eymberts ende Stercxhorck, streckende tot opde gemeynte van Oyendonck, 1650, ORAL 24 f109v;

STOKSKENS Perceel groes gen: halve Weij aan de Stokskens off Weij In de Hamse Straat, [tot] de gemijne Straat, 1754, R146 f303v; perceel weiland gen. de Stokskens gelegen in de Hamsche straat, 1865, C 100, 59r80e, NA doosnr. 460 nr.69;

STOF SPRENGERSBOCHT Huys, hoffstadt, hoff ende aengelegen erffenisse gent. Stoff Sprengers bocht, gelegen aent Looeynde, rontsomme inde gemeynte van Mosven, 1653, ORAL 25 f83;

STOF SPRENGERSHOF Huys, hoffstadt, hoff ende aengelegen erffenisse genpt. Stoeff Sprengers hoff, gestaen ende gelegen inden hertganck van Looeynde, rontomme inde gemeynte van mosvenne, 1650, ORAL 24 f112;

STREEP IN DE OTTERSBEEMD Stuck lants gelegen aen den wyenhoff geh. die streep in den halven ottersbeempt, 1517, R60 f98v;

STREPEN Casteren, parochia de bucstel, die strepen vander verborder hoeven, 1477, A, BP R1246 f154v; ­Casteren, (weiland) de Strepen aan den Turfcamp en aan het gemeen Speetjen, 1723, BP R1715 f452;

STREPEN, ROUWE Perceel houtveld gent. Adriaan Wouters Streep off Rouw Strepen gelegen onder Heselaar, [tot] de Heer C. Goodschalk, 1754, 1 dagmaat, R146 f304v;

STREPEN, SMALLE(KASTEREN) Land gen.) den rondeacker, den langenacker, die smalle strepe ende het bemerken, 1474, ZLH regestnr. 117;  ex tribus petiis terre, quarum una den ronden acker, alia den langen acker, tertia die smalle strepe vocate sunt, 1474, A, BP R1243 f114;

STUK, KROM (Liempde), casteren, dat crom stucke, 1389, BP R1178 f114v;

TETTERPAD Tussen de Tetterpat en de Heerbeekse dreef, 1781, D, R213 f227;­ Wolfskuijl, Tetterpot, Schatkuijlbrug (bij Velder), 1787, D, R214 f26;­ In Map XXI p.40 geeft Smulders: Tetterpat in plaats van Tetterpot.

TEUNISHOFPerceel groes tot Liempde gent. Giel Clesvelt in Teunishoff, 1753, R146 f194v;

THIJS HUIBERTSREUT Thijs Huiberts Reut, 1880, B 72, NA doosnr. 476;

TIP Perceel weiland gen. den Tip, gelegen in de Hamsche straat, 1865, C 98, 51r NA doosnr. 460 nr.69;

TIPAKKER Den Tipakker, 1880, E, NA doosnr. 476 nr.111; den Tipakker, 1892, E 578, 37a40ca, NA doosnr. 488;

TONGELEN Lyemde, (beemd) tongele, 1489, BP R1258 f439v; Vergelijk: Dongelen.

TRUIJENHEIDE Truijenheide, 1892, D 892, 29a, doosnr. 488;

TUITELAARDe hoeve weegt over den nieuwen dijck van de Teutelaer tot de Schutstraet, 1683, A, BP R1676 f224;­ De hoeve is ws. die van Pieter Lus, later De Slophoos (Kasteren). Liemde, Casteren, aende teutelaer, 1683, BP R1676 f227; Liemde, Casteren, de hoeve weegt over den nieuwen dijck van de teutelaer tot de schutstraet, 1683, BP R1676 f230; Casteren, aan den Teutelaar bij het gemeene Speetjen, 1723, BP R1716 f1;

TULLEVELD Perceel houtbosch onder Vrillikhoven gen. Tulleveld, 1817, 4l, NA 544 nr.74;

TURFKAMP Liemde, Casteren, den turfcamp, 1683, BP R1676 f230; Casteren, (weiland) de Strepen aan den Turfcamp en aan het gemeen Speetjen, 1723, BP R1715 f452; groes en houtwasch: de Bordelen, Casteren, aan den Egbertsen Camp en Turfcamp en het steegsken in de Schutstraat, 1723, A,  BP R1715 f452;

TURFVEN Lymde, (vanden) torfvenne, 1340, ARA Rekenkr. Br. 45038 f24; Hertogelijk Cijnboek (Meierij van Den Bosch).

TURKSE HOEF of WEDEHAMER Hoeve lands onder Liempde t.pl. gen. aan den Berg, van ouds gen. de Turkse hoeff of de Weede hamer, [tussen] de gemeene straat [en] het Land daar ’t panne huijs op staat, van de Molenwegh tot de Dommel, 1768, 1l15½r, Coll. Veldriel;

TURNHOUTS BUNDERKE Lyemde, turnouts boenreken, 1388, BP R1178 f55;

VARIS (Liemde) ad locum dictum op die varijsch, 1421, BP R1192 f133v;

VE(E)RDONK Liemde, aen die verdonck, 1603, BP R1474 f12v;

VELAKKER (Bouwland) Velakker, 1880, NA doosnr. 476 nr.111;

VELD AAN DE WIJSENDIJK Perceel groes gent. de Cuijlen off Veld aan den Wijsendijk gelegen onder Heselaar, [tot] de gemeene Straat, 1754, 2 dagmaten, R146 f304v;

VELD, LANG Perceel groes en hout gent. lang veld gelegen onder Eijnd, aan bijden de sijde de wed. Wouter van Mensfoort, 1754, 3 dagmaten, R146 f304v;

VELDAKKER Perceel teulland gent. de Veldakker off heuvel Straat gelegen onder de Coestraat, 1754, 1l10¾r, R146 f304v;

VELDER Beempt geh. die cleyn herdonck streckende mit den eenen eynde aen vellaer, 1429, D, ARA 1e afd. aanw. Axx.2;­  Cleynreliemde, die cleyn Hoydonck bij erf: die Zijldonc en bij Vellair, 1447, D, BP R1217 f282v;­ heycamp in par. de boextel a.l.d. velder ende vorst neven die gemeynt van oetendonck, 1469, D, R55 f22v; hoijvelt in sheeren buender in Velder, 1472, D, R55 f130v;­ Cleynrelyemde aen Vellaer, 1472, E, BP R1241 f338v;­  het woud gen. Vellar in de par. Bucstel, 1487, D, BP R1256 f100v;­ erfenis: Vellair grenst aan land: die Heerbeeck in Oerscot in den herdgang Aerle, 1493, D, BP R1262 f65;­ Dit 'Vellair' was van de Heer van Bucstel. Jan Roeffen: hoeve in Velder, 1559, D, ARA Brussel Rekenkr.19233 f3v;­ ontf. vanden schaerhoute opten wal in Velderen, 1559, D, ARA Brussel Rekenkr.19233 f4;­ iiii m (=4000) rijs in Velderen ende bij de Doelen te bijnden, 1559, D, ARA Brussel Rekenkr.19233 f13v;­ (van)den schade vuyt Heerbeeck in Velder, 1560, D, ARA Brussel Rekenkr.19234 f9;­ van torf op Barisvelt te schranken een dach ende in Velder 3 daghen…, 1561, D, ARA Brussel Rekenkr. 19235 f6v;­ in Velder torff geschranckt (ibidem). de hoeve van den Grave van Bancignys gen. Veller resorterende onder de heerlycheyt van Liempde, 1606, D, R50 f166;­ hoevve in Vellaer, 1625, D, HAS nr.176;­ hoevve in Vellaer: dese is gelegen onder de heerlijckheijt van Lijempde, sijnde eene seer schoone ende groote hoeve in een stuck aende anderen geleghen ende met eenen walle omcingelt, dijemen in eene groote halve vure qualijcken caen omgaen, consisterende principaelijck in heijde ende weijde ende houtwassche, ende gelt jaerlx d’een doir d’andere mette vijer voergaende genomen ontrent 300 Rinsguldens ;weyveldeken bij Velder, c.1663, D, F2 f21; (uut) eenen heycamp bij Vellaer, 1666(-1706), E, HAS 28 f3;­ op de hoef gen. Velder, 1727, D, Oisterw. R506;­ de Veldere, 1832, D, Kad. krt.;­ Sectie D nr.1 t/m 529.

VELDERS BOSDe grensscheiding loop Liempde‑Oirschot langs Veldersbosch tot bijna aan 't pannenhuisje [te zuiveren], 1887, D, Liempde 1501 nr.127;­

VELDERS HUIS  Stuck weyden geh. den Achtersten beeckmans buenre gelegen by vellers huys, aen ene zijde vellers wal, 1521, D, R60 f184; stuck weyden geh. den vorsten beeckmans buenre gelegen by vellers huys, 1521, R60 f184;

VELDERSE GRAAF Stuck beempt t.pl.geh. aen braendonck neven vellers grave, aen erff. Coenraet van Schoenhoven, 1507, D, R59 f36v; Toch eerder Liempde, dan Kleinderliempde!

VELDERSE POORT Liemde, by vellers port, 1455, BP R1226 f18; stuck heyvelt geh. dat veldeken gelegen by velder, aen erff. den Heeren van boxtel [ende] aen die gemeyn straet [ende] Velders poert, 1527, D, R61 f9;

VELDERSE STEEG(?) Slechthoy inde steege veldere, c.1663, E, F2 f37v;­ Kleinderliempde. Ws. Liempde.

VELDERSE WAL Den Achtersten beeckmans buenre gelegen by vellers huys, aen ene zijde vellers wal, 1521, D, R60 f184; opten wal in Velderen, 1558, D, ARA Brussel Rekenkr. 19233 f4;­ Betreft Rekening heerlijkheid Boxtel in verband met houtverkoop. Ontf. vanden schaerhoute opten wal in Velderen, 1559, D, ARA Brussel Rekenkr.19233 f4;­ hoyebemt tot Lyemde gent. Wechmans broeck off Steegde aen Velders Wal, [tot] aen een gemeyn Steegde, 1635, R94 f208; koewey aen Velders Wall, c.1663, D, F2 f18v;­Verpondingskohier Kleinderliempde. Eigenaar: Adriaen Bartholomeeussen. Koeijweij aen Velderswal, 1732, D, F3 f3; Verponding Kleinder Liempde. Eigenaar: Catalijn weduwe Corstiaen van Houtum, 1732 verlaten. De veltjens aan velders wall, 1739, E, NA 497 (5 dec.); de veltjens aan velders wal, 1743, D, NA 501 (3 jan.); coeijweij aan Velderswal, 1794, D, F8 f59v;­ Verpondingskohier Kleinder Liempde. Houtwas Velderschen Wal, 1870, D, NA doosnr.466 nr.46;­.

Ger van den Oetelaar

 

Beeldbank vraag

evkl018732 Familieportret. Wie herkent deze familie? 

Heb je het antwoord op deze vraag geef het dan aub even door via info@kekliemt.nl. Bij voorbaat hartelijk dank.

Els Vissers

 

Erfgoedvereniging Kèk Liemt


Keefheuvel 20, 5298 AK Liempde
E-mail: info@kekliemt.nl